Zelfcompassie is geen zelfmedelijden, geen egoïsme, geen smoesjes verzinnen. Het is het vermogen om jezelf te behandelen met dezelfde vriendelijkheid, begrip en steun die je een goede vriend in nood zou geven. Velen van ons zijn meesters in het steunen van anderen, maar we zijn streng voor onszelf: “Je had het beter moeten weten”, “Je bent niet goed genoeg.” Zelfcompassie breekt deze innerlijke criticus af.
Adverteren
Het eerste element van zelfcompassie is het bewustzijn van de universele menselijke ervaring. Als je fouten maakt, ben je geen “loser” – je bent een mens. Fouten, lijden en falen maken deel uit van de menselijke ervaring. Je bent niet alleen. Vraag jezelf af: “Wat zou ik tegen een vriend in deze situatie zeggen?” – en zeg het tegen jezelf.
Het tweede element is het bewustzijn van lijden. Onderdruk de pijn niet en ren er niet voor weg. Erken: “Ik heb pijn”, “Ik ben bang”, “Ik schaam me”. Benoem de emotie. Mindfulness vergroot het lijden niet, maar creëert ruimte voor genezing.
Het derde element is actieve zelfvriendelijkheid. Dit is geen passief “arme ik”, maar actieve zelfzorg: “Wat heb ik nu nodig?” “Hoe kan ik mezelf onderhouden?” Misschien is het een kop thee, een wandeling, een gesprek, een pauze. Zelfcompassie is actie.
Zelfcompassie vermindert de motivatie niet – integendeel. Onderzoek toont aan dat mensen die aardig zijn voor zichzelf, eerder leren van fouten omdat ze geen energie verspillen aan zelfkastijding. Ze zien falen als een kans om te groeien, niet als een bevestiging van hun eigen tekortkomingen.